Koudebruggen & luchtdicht bouwen

Voordat ik iets ga schrijven over luchtdicht bouwen wil ik enkele woorden wijden aan koudebruggen. Eigenlijk: het voorkomen van koudebruggen. Dit blijkt nog niet zo makkelijk te zijn, maar is erg belangrijk om warmteverlies, maar vooral ook condensatie van de waterdamp in de warme kamerlucht en daardoor soms schimmelvorming te voorkomen.

Koudebruggen voorkomen is specialistisch werk. We zijn er ook veel tijd mee kwijt geweest, maar ze zijn er nu allemaal uit!

Het belangrijkste doel van luchtdicht bouwen is het tegengaan van ongewenste luchtstromingen door de gebouwschil.
Lucht die ongewenst van buiten naar binnen stroomt, noemen we infiltratie. Omgekeerd noemen we het exfiltratie.

Je kunt je misschien voorstellen dat als er weinig verwarmingsbronnen in een huis zijn, het vervelend is dat je tocht voelt als je vlak bij een raam staat. Dit is niet fijn, en dit gevoel wordt alleen maar erger bij beter geïsoleerde woningen, aangezien er geen verwarming meer onder de ramen geplaatst wordt. Veelal wordt lage temperatuur vloerverwarming gebruikt en we willen wel een comfortabele woning krijgen!

Verder kost tocht energie, het moet tenslotte opgewarmd worden.

De constructie van het huis vindt vocht ook niet fijn. Lucht van binnen naar buiten zorgt voor condens in de constructie.

Voorwaarde voor een waterdichte woning is een goede luchtdichting.

Sommige mensen denken dat luchtdicht bouwen ongezond is. Dat is niet waar, maar het misverstand is begrijpelijk.

Het is belangrijk een verschil te maken tussen ventilatie en infiltratie. Ventilatie is het bewust toelaten van lucht, via bijvoorbeeld een gevelrooster, om de binnenlucht te verversen. Ventilatie is altijd nodig! Infiltratie zien als deel van de ventilatie was vroeger misschien gebruikelijk, maar ook toen al niet wenselijk. Ventileren doe je met roosters, ramen en/of de mechanische ventilatie-installatie. Infiltratie moeten we voorkomen. Hoe luchtdichter je bouwt hoe belangrijker ventilatie wordt.

In Nederland maken we voor de mate van luchtdichtheid onderscheid in drie klassen (bron: http://www.nieman.nl/eisen-luchtdicht-bouwen/):

Klasse 1, Basis

Er worden geen bijzondere eisen gesteld.

Klasse 2, Goed

Wanneer een woning is voorzien van gebalanceerde ventilatie, is de mate van infiltratie tevens van invloed op de werking van de warmteterugwinning van het ventilatiesysteem. Voor een goede werking van het balansventilatiesysteem mag de infiltratie (qv; 10) niet hoger zijn dan 0,6 dm3/s per m2 (bron: http://www.bouwtransparant.nl/index.php?page=infiltratie-2) of 0,4 dm3/s per m2 (bron: http://www.ph-bouwadvies.nl/wp-content/uploads/2011/06/Voorbeeld-energieconcepten.pdf) volgens NEN 8088-1.

Dit wil zeggen dat er per seconde ongewenst 0,6 dm3 lucht ontsnapt per m2 oppervlakte (bij een drukverschil van 10 Pascal).

Om deze eis te halen is extra aandacht nodig voor detaillering, hang- en sluitwerk, keuze van afdichtingsmateriaal en de uitvoering. Bovendien wordt sterk geadviseerd een blowerdoortest uit te voeren.

Klasse 3, Uitstekend

De infiltratie mag niet hoger zijn dan 0,15 dm3/s per m2. Om deze eis te halen is veel aandacht voor luchtdichtheid een vereiste, waaronder dubbele dichting van ramen en deuren.

Een luchtdoorlatendheidsmeting tijdens de bouw (vóór de afbouw) wordt sterk aanbevolen en een meting achteraf is noodzakelijk, zo mogelijk gecombineerd met thermografisch/infrarood onderzoek met een warmtebeeldcamera.

Het forfaitaire getal (dit wil zeggen het getal waarmee je mag rekenen zonder de berekening daadwerkelijk te maken) in de EPC berekening is 0,98 (vrijstaande woning), 0,7 (rijtussenwoning), 0,84 (rijhoekwoning) en 0,42 (appartement).

Een ander getal dat ook veel gebruikt wordt is de n50-waarde. Dit getal geeft aan hoeveel maal het totale luchtvolume van een woning in 1 uur bij een drukverschil van 50 Pa wordt vervangen. 50 Pa is ongeveer vergelijkbaar met de druk van windkracht 5 op een gevel.

n50=1 betekent dat het hele volume van de woning in 1 uur wordt vervangen. n50=2 betekent dat twee maal het volume van de woning per uur wordt vervangen. Gangbare Nederlandse nieuwbouwwoningen hebben een n50-waarde van meer dan 3 (bouwbesluit: max 4). Voor passiefwoningen wordt een waarde van 0,6 vereist.

Conclusie: om een goede balansventilatie toe te passen in een woning is het belangrijk om aandacht aan luchtdichting te besteden!

Om in een vrijstaande woning balansventilatie toe te passen (vlgs. EPC) is het dus verplicht om hier aandacht te schenken. In de EPC eisen staat hierover: “Indien men kiest voor het invoeren van een eigen meetwaarde dan moet het gebouw worden gebouwd onder een kwaliteitsborgingsprocedure. (..) en na oplevering te worden gecontroleerd door bijvoorbeeld een blowerdoortest op basis van NEN2686.”

De makke in Nederland is dat hier niet op wordt gecontroleerd. Veel architecten kennen deze regels niet eens met als gevolg dat er maar wat wordt afgerommeld in de bouw met alle gevolgen van dien.